Actueel
Archief
Culinair
Didactiek
Documentatie
Etalage
Formules
Fotoboeken
Functies
Geschiedenis
ICT
ICTauteur
Laatste nieuws
Lesmateriaal
Muziek
Natuur
Onderwijs
Ontspanning
Persoonlijk
Probleemaanpak
Proeftuin
Puzzels
Rekenen
Rekenmachines
Ruimtemeetkunde
Schoolwiskunde
Snippers
Systeem
Taal van de wiskunde
Vergelijkingen
Verhalen
WisFaq
WisKast




Doelen en middelen

Gepubliceerd op 20/06/2009 16:23:00- ICT & onderwijs

Ik heb het afgelopen jaar een nieuwe invulling gegeven aan ‘Internet en wiskundeonderwijs’ en ‘Wiskunde en leergebieden’. Ik heb van alles uitgeprobeerd, leerdoelen aangepast, de logistiek rondom de cursus gewijzigd, allerlei WEB2.0-dingen ingezet en inmiddels geconcludeerd dat de leeropbrengst daarvan niet altijd is wat het zou moeten zijn.

Ik denk dat aankomende docenten niet zo erg gericht zijn op ‘verbonden zijn’, ‘delen’ en ‘op de hoogte blijven’. Zolang de cursus loopt is iedereen wel bereid zich er mee bezig te houden, maar het leidt niet direct tot een blijvende inzet van WEB2.0. Misschien dat het op de langere termijn toch wel effect heeft, maar daar heb ik dan nog niets van gemerkt.

Dat laatste hoeft overigens geen reden te zijn om er in de cursus geen aandacht aan te besteden, maar als doel is het niet genoeg. Bij de tweede uitvoering van ‘Internet en wiskundeonderwijs’ heb ik de ‘nieuwe’ opdrachten proberen te combineren met de ‘oude’ opdrachten. Dat is beter idee. Je vangt twee vliegen in één klap. Ik probeer opdrachten te bedenken die relevant zijn voor aankomende leraren. Een ‘les in een computerlokaal met een hele klas bedenken’ en 'uitvoeren' lijkt me wel een voorbeeld van praktijkgestuurd onderwijs. Daarnaast leren ze dan ook de ‘nieuwe’ middelen te gebruiken.


Eigenlijk is dat wel interessant. In eerste instantie ben ik (over-) enthousiast begonnen waarbij niets te gek is. Je verzint het maar, ‘the sky is the limit’. Dit noem ik dan maar even de fase van optimisme. Uiteindelijk blijkt dat je dan (meestal) iets te ver doorschiet. Je vliegt als het ware over de grens van het ‘haalbare’ heen. Dat is op zich niet erg, want je weet immers nooit van te voren waar die grens precies ligt.

Naar aanleiding van resultaten kom je in een fase van teleurstelling terecht. Zo hard gewerkt, maar wat levert het nu op? Wat zijn nu de effecten van al die moeite? Ben ik er nu in geslaagd om iets over te brengen van de meerwaarde en mogelijkheden? Waarom lukt dat niet? En wat gaat er nog meer allemaal mis? Waarom begrijpt niemand mij? Zoiets…

Dat is het moment om te gaan kijken wat nu wel en niet werkt en waarom dat zo is. Ga op zoek naar het uiteindelijke doel van de cursus en naar de onbedoelde bijeffecten. Welke problemen komen studenten tegen bij de uitvoering van opdrachten en hoe kun je die oplossen? Wat willen nu eigenlijk? Waarom?

Ik denk dat na deze periode van teleurstelling je in realistischer vaarwater terecht komt en dan kunt beginnen aan meer solide basis voor de verschillende cursussen. Je bent beter in staat onderscheid te maken tussen doelen en middelen. Meestal komt het er op neer dat bij het stellen van realistische en praktijkgerichte doelen de middelen die daar voor nodig zijn min of meer vanzelf een adequate en nuttige hulp horen te zijn voor de inhoud. Daar is nog wel ’t een en ander over op te merken, maar dat doe ik dan later nog wel een keer.

©2004-2024 W.v.Ravenstein